Liefde of niets
“… en mocht u ooit mijn graf bezoeken, pluk er dan een bloem en vlij haar aan uw hart, want uw hart is de enige tombe waarin mijn herinnering zal zijn begraven.”
Mathilda is het tweede boek geschreven door een heel jonge Mary Shelley, na haar debuut Frankenstein. Net zoals ze met Frankenstein had gedaan, stuurde ze het manuscript vanuit Italië naar Londen, naar haar vader, de schrijver en uitgever William Godwin. Die weigert het uit te geven. Het titelpersonage lijkt erg op Mary en de novelle gaat onder meer over incest. Uiteindelijk zal Mathilda pas 139 jaar later voor het eerst gepubliceerd worden.
Naar gewoonte in de geschriften van Shelley, wordt liefde enkel cerebraal beleefd. Paradoxaal loopt de seksuele spanning daarbij zo hoog op dat ze uiteindelijk alleen maar kan afgeleid worden, gesublimeerd worden misschien, in een verlangen naar de dood. In het hoofd van Mathilda, de claustrofobische cel waar de lezer in terecht komt, is het alles of niets, wat zeer concreet neerkomt op liefde of dood. Leven kan niet als het niet leven voor liefde is, en daarbij raak je best niet te gehecht aan een gevoel van geluk.
De vertaling door Marijke Versluys is voortreffelijk. En lees zeker ook het nawoord van de Nederlandse schrijver Hanna Bervoets: ‘Is het autobiografisch?’ Rouw en eenzaamheid in Mary Shelleys Mathilda.
Synopsis
Een jonge vrouw komt na een moeizame jeugd weer in contact met haar vader en ze beleven een mooie tijd samen totdat blijkt dat hij verliefd op haar is.